Tonen 5 resultaat (s)

Diëten

Vaak wordt met een dieet een energiebeperkt dieet bedoeld met als doel om af te vallen. Op korte termijn werkt een dieet vaak wel. Je verliest kilo’s maar na enige tijd lukt het toch niet om dit vast te houden. Dit komt doordat ieder dieet bepaalde regels heeft, er mogen dingen niet en het is vaak lastig in te passen in jouw situatie. En als je een streng dieet voor langere tijd volhoudt wordt je wellicht nog “beloond” met een lager metabolisme. Dan is je lichaam zo gewend aan minder calorieën te verbruiken dat het zich daar op heeft ingesteld. Dat is de reden dat je op langere termijn vaak juist aankomt van een dieet.

Wat kun je dan wel doen?
Wat de “betere” diëten met elkaar gemeen hebben is dat ze gebaseerd zijn op veel onbewerkt voedsel en zelf koken. Dit is een goede basis om je eigen dieet samen te stellen. Je kunt dan zelf de uitzonderingen bepalen en je eigen regels opstellen. Je hoeft dan geen voedingsmiddelen uit te sluiten, je zorgt er alleen voor dat het gebruik van onbewerkte producten en het zelf klaarmaken de basis van je voedingspatroon is. En je eet natuurlijk vooral niet te weinig.

Hoe pak je dat aan?
Bedenk bij jezelf wat de eerste kleine stap is die je hierin kunt zetten. Als je dat gelukt is zet je nog een stapje en zo ga je verder. Zo maak je stapjes vooruit naar een gezondere leefstijl. Een leefstijl die bij jou past en voor jou werkt.

Wat kun je nog meer doen?
Je kunt je metabolisme verhogen zodat je meer calorieën verbruikt. Dat kan door het opbouwen van spieren, vooral krachttraining helpt daarbij. Het zitten heel vaak onderbreken, dat heeft allerlei gezondheidseffecten, koud douchen waarmee je zorgt voor meer bruin vet (een calorieverbrander). Wat ook goed helpt is fitgeting. Dat is iemand die niet stil kan zitten. Je kunt jezelf aanleren om bijvoorbeeld met allerlei bewegingen te praten, met je vingers of voeten te tikken etc.

Andere invloeden
Je gewicht heeft ook verband met hoe goed je slaapt, hoeveel stress je hebt of je genoeg ontspanmomenten hebt, een goede balans ervaart in je leven en je voldoende dingen doet die je belangrijk vindt. Ook je omgeving, hormoonhuishouding, medicijngebruik, hoe je met emoties omgaat en een goede planning hebben invloed.

Leefstijlprogramma
In de basiszorgverzekering zijn een aantal leefstijlprogramma’s opgenomen die je helpen om in jouw situatie samen te kijken naar wat voor jou werkt. Wil je meer informatie hierover? Neem dan contact met mij op.

Op de site van het voedingscentrum vind je een overzicht van de meest voorkomende diëten.

Veiligheid verzorgingsproducten

Op cosmetische producten en verzorgingsproducten staan hele lijsten met ingrediënten. Hieronder zitten ook schadelijke stoffen of hormoon verstorende stoffen. De Consumenten bond heeft hier een mooi artikel over geschreven. Hierin kun je je een beeld vormen over de schadelijkheid van deze producten. Om je eigen producten te beoordelen kun je ook de website van Skin Deep raadplegen. Hierin staan meer dan 50.000 producten vermeld. Per product is de hoeveelheid schadelijke producten aangegeven op een schaal van 0 tot 10. Met kleuren van groen tot rood wordt dit ook zichtbaar. Valt jou product in de catagorie rood dan wil je wellicht op zoek naar een ander product.

Overgewicht te lijf met een leefstijlprogramma?

Vanuit de basiszorgverzekering wordt een leefstijlprogramma vergoed waarin allerlei aspecten van leefstijl aan bod komen. Dit is een programma van twee jaar met zowel groeps- als individuele coaching. Thema’s zijn onder andere gedragsverandering, voeding, beweging, stress, ontspanning, slapen, persoonlijke balans en planning. De begeleiding is afgestemd op jouw mogelijkheden en wensen. Je stelt zelf doelen die leiden tot een gezondere leefstijl. 

Je komt in aanmerking voor dit programma als je 18 jaar of ouder bent en:

  • overgewicht hebt (BMI tussen de 25 en 30) en daarnaast een verhoogd risico op diabetes of hart- en vaatziekten, artrose of slaapapneu hebt of 
  • ernstig overgewicht hebt (BMI van meer dan 30) of
  • een grote buikomvang hebt

Om mee te doen heb je een verwijzing van de huisarts nodig en gemotiveerd zijn om aan je leefstijl te werken. Klik hier om je aan te melden bij Inlijn leefstijlcoaching Noordhove.

Of boek direct een afspraak.

Resistent zetmeel

Veel van wat we eten bestaat uit koolhydraten zoals bijvoorbeeld zetmeel. Dit wordt door ons lichaam omgezet in suikers en levert ons energie of wordt bij een teveel opgeslagen als vet in het lichaam.

Resistent Zetmeel (resistent tegen vertering in de dunne darm) is een onverteerbaar type koolhydraat. Dit wordt niet door ons lichaam afgebroken maar door de goede bacteriën in onze darmen gebruikt als voedsel. De goede bacteriën produceren gezonde vetzuren (vooral butyraat) waarmee de cellen van onze darmen worden gevoed. Verschillende goede gezonde darmbacteriën nemen dan in aantal toe. Hierdoor wordt je immuunsysteem sterker, je gezondheid beter en heeft het een gunstig effect op je bloedsuikerspiegel.

Oplosbare vezels
Resistent zetmeel behoort tot de oplosbare fermenteerbare vezels. Je vindt ze o.a. in granen, zaden, peulvruchten (zoals witte bonen, linzen, kikkererwten en groene erwten), cashewnoten, groene bananen en bakbananen. Resistent zetmeel wordt ook gevormd door zetmeelrijke producten zoals (zoete) aardappelen, rijst en pasta te koken en vervolgens af te koelen. Door het afkoelen wordt een deel van het zetmeel omgezet in resistent zetmeel. Dit proces wordt retrogradatie genoemd. Door het afkoelen gedurende tenminste 12 uur wordt het zetmeel stijf op elkaar gedrukt waarmee de structuur van het zetmeel veranderd in resistent zetmeel. Er zijn onderzoeken in de VS dat het opnieuw verwarmen van pasta de hoeveelheid resistent zetmeel zelfs nog meer verhoogd. Aannemelijk is dat dit ook voor aardappels geldt.  

Hoe ontstaat resistent zetmeel?
Door zetmeelrijke voeding anders te bereiden, eerst te koken, geruime tijd te laten afkoelen en eventueel opnieuw te verwarmen zorg je voor extra vezels in je voeding. Resistent zetmeel geeft eerder een verzadigingsgevoel waardoor je er minder van hoeft te eten. Omdat een deel van het zetmeel onverteerbaar wordt bevat het ook minder calorieën. Daarnaast heeft het een gunstig effect op je bloedsuikerspiegel na de maaltijd.

Het belang van vitamine D


Ongeveer de helft van de mensen in Nederland heeft een vitamine D tekort. Vaak merk je daar niet zoveel van omdat het geen eenduidige klachten geeft. Deze vitamine staat bekend als de vitamine die samen met calcium zorgt voor sterke botten en tanden.

De overheid adviseert extra vitamine D voor risicogroepen zoals jonge kinderen, mensen die weinig buiten komen, zwangere vrouwen, mensen met een getinte huidskleur en ouderen. In principe maakt je lichaam dit zelf aan. Met name in de zomer kan met behulp van de zon een buffer hiervan worden aangemaakt. Verder komt het beperkt voor in voeding zoals vette vis en is het toegevoegd aan voedingsmiddelen zoals margarine.

Klachten
Een licht tekort kan al leiden tot klachten zoals vaak voorkomende verkoudheid, oververmoeidheid, lusteloosheid, gewrichtspijn, depressieve gevoelens, slapeloosheid, bloedend tandvlees, hyperventilatie, spierpijn en krampen.

Vitamine D speelt een rol bij diverse processen in ons lichaam zoals de opname van mineralen, een goede werking van de spieren en het immuunsysteem. Als je langere tijd een tekort aan vitamine D binnenkrijgt leidt dit tot een te laag gehalte in je bloed. Dit geeft meer kans op o.a. aderverkalking, een hartinfarct, darmkanker, astma aanvallen, diabetes, stemmingswisselingen, depressies,  zwangerschapscomplicaties en botbreuken.

Vitamine D in voeding
Het is niet mogelijk om met voeding voldoende vitamine D binnen te krijgen. Zelf voldoende aanmaken lukt niet altijd omdat onze huid te weinig in contact komt met zonlicht. In Nederland is de zon alleen in de lente en zomermaanden in de middag voldoende sterk. Het dragen van beschermende kleding en zonnebrandcrème vermindert ook de vitamine D aanmaak.

Optimale dosering
Wetenschappers adviseren een hogere hoeveelheid dan in Nederland wordt geadviseerd om een optimaal niveau van vitamine D in je bloed te verkrijgen. Het Voedingscentrum houdt 10 μg (microgram) aan en 20 μg voor ouderen. Als veilige hoeveelheid wordt 100 μg per dag aangegeven vanaf 11 jaar, 50 μg tot 10 jaar en 25 μg tot 1 jaar. In meerdere Europese landen geldt een hogere aanbevolen hoeveelheid dan in Nederland. In Duitsland en Oostenrijk bijvoorbeeld is dit 20 μg.

Vitamine D kan als D2 of D3 supplement worden opgenomen. D3 heeft een sterkere werking en heeft daardoor de voorkeur. In supplementen wordt vaak IU als eenheid gebruikt hetgeen gelijk is aan 0,025 μg. De bovengrens van 100 μg is omgerekend 4.000 IU. Kortom of een supplement nodig is verschilt per persoon en zal sterk afhangen van de eigen aanmaak van deze vitamine. Over de benodigde hoeveelheid zijn verschillende meningen of het voldoende is om tekorten aan te vullen of dat er wellicht gezondheidsvoordelen zijn aan een hogere inname. De aangegeven veilige hoeveelheid biedt ruimte om hierin mee te gaan zonder gevaar op een overdosering.